Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Gepubliceerd op 28-11-2017

Abraham

betekenis & definitie

Hebreeuwse naam; Abraham betekent waarschijnlijk 'de (goddelijke) vader is barmhartig', maar wordt in het Oude Testament uitgelegd als: 'vader van een menigte volken'. De oorspronkelijk vorm was Abram (Genesis 11,26) 'de (goddelijke) vader is verheven'.

Heiligennaam: 1) Abraham, kluizenaar bij Edessa in de 4e eeuw; kerkelijke feestdag: 16 maart. 2) Abraham, stichter en abt van St.-Cyr bij Clermont; geboren in Syrië. Hij ging naar Frankrijk en werd kluizenaar in de Auvergne. Voor 473 werd hij abt van het klooster van St.-Cyriacus (St.-Cyr), gestorven voor 485; kerkelijke feestdag: 15, 16 juni. 3) Abraham, bisschop van Efese, midden 6e eeuw; kerkelijke feestdag: 28 oktober. Vooral in Zeeuws-Vlaanderen is sinds de Hervorming de naam Abraham frequent, in het dagelijks gebruik in de vorm Ab of Appie. De naam kwam vrij vroeg in gebruik: Fulda 779 (Socin), Rheinland 867 (Littger), Domesday Book 1068, Holland 1298. Abrioen = Abraham, bastaard van Vianen 1422.