Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Gepubliceerd op 11-01-2021

Doofheid

betekenis & definitie

slechthorendheid, baryacusis, surditas, het geheel of gedeeltelijk afwezig zijn of verloren gaan van het gehoor; kan voor verschillende toonhoogten verschillen (bas- en rf/scanf-doofheid) en op zeer verschillende afwijkingen in diverse delen van het gehoororgaan berusten (o.a. geleidings- of orgaandoofheid.). Ook moet onderscheid gemaakt worden naar de oorzaak; bekend is de ketel(makers) doofheid, een beroepsziekte.

Doofstom surdomutitas, zie stom.

< >