(trachitis en bronchitis): kouvatten, prikkeling door stof, rook, chemische dampen, bij infectieziekten (mazelen, tyfus, kinkhoest, griep, enz.). Acute bronchiale catarre met verkoudheid, waardoor ook voorhoofdsholte, ogen en strottehoofd aangetast zijn, wordt gekenmerkt door droge kriebelhoest, die erger wordt door droge lucht en rook, slijmig-etterig sputum, al dan niet gepaard gaand met hoge koorts, algemene ziekteverschijnselen.
Behandeling: vasten, bedrust, meerdere malen per dag 5-10 azijnwaterwassingen, hooibloemenhemd, borstwikkels om zweten op te wekken, Schlenzbaden. Inwendig: borstthee en hoestbevorderende middelen. Homeopathie: Aconitum D3-4, Belladonna D3-4, Bryonia D3, Hepar sulfuris D4, Tartarus emeticus D4-6. Chronische bronchiale catarre: ontwikkeld uit versleepte acute l., bij rokerscatarre, astma, hartstuwing met droge hoest en weinig sputum, hevige ademnood. Behandeling: koude voeten verwarmen. Dagelijks houtasvoetbaden, daarnaast korte wikkels, begieten vanaf bovenbeen, begieten van bovenlichaam dagelijks wisselen, ligbaden met haverstro met aansluitend wassing van gehele lichaam, Schlenzbaden. Bloedsomloop behandelen. Inwendig: duizendblad, klein hoefblad, wondklaver, longkruid, smalle weegbree, St.
Janskruid, enz. Homeopathie: Antimonium sulfuratum aurantiacum D3, Ammonium muriaticum D2, Mercurius solubilis D4, Hyoscyamus D3-4. Biochemie: Ferrum phosphoricum D6, Magnesium phosphoricum D6, Calcium fluoratum D6.
