Lesbotaal Lexicon Lesbiaans : lexicon van de lesbotaal

Hanneke Kunst en Xandra Schutte (1991)

Gepubliceerd op 02-05-2019

Trui

betekenis & definitie

Trui - verouderde benaming voor pot. Ook dikke trui.

Truus, onderlinge aanspreekwijze van lesbiennes in de jaren zeventig. Ook in met Truus en allevrouw naar bed gaan, variatie op met Jan en alleman, en in met Truus op training, zin hebben in ruig vrijen, ‘k Ben in the mood om met Truus op training te gaan. Een Truus is ook een vrouwelijk type homo. Zie ook Mien en alletrien.