(1), (dierk.) huidbedekking bij vogels, dienen als bescherming en hulp bij het vliegen; bestaan uit verhoornde opperhuidcellen. Men onderscheidt spoel, schaft en vlag.
Deze laatste bestaat uit baarden en baardjes. Dek- of contour-V. liggen aan de oppervlakte. De pennen zijn groter en dienen voor het vliegen (slagpennen) en sturen (stuurpennen). Onder dek-F. bevinden zich de dons-V. Af en toe vallen de V. uit en worden door nieuwe vervangen (ruien), meestal in herfst en voorjaar;(2) (plantk.) andere naam voor de bladeren van Varens*.