(wisk.)
(1), afbeelding waarbij aan elk van O (het centrum) verschillend punt P een punt P1 toegevoegd wordt en wel zodanig dat OP.OP1 = = k2, waarin k een gegeven lijnstuk is. k2 heet de macht van de inversie;
(2) als in een permutatie het element met een hogere aanwijzer staat vóór een element met een lagere aanwijzer dan vormen die elementen een inversie („Fehlstand”);
(3) (meteor.) verschijnsel dat in een luchtlaag de temperatuur met de hoogte toeneemt in plaats van afneemt;
(4) (scheik.) z Invertsuiker.