(6 pausen):
I, paus (772-795). Riep de hulp in van Karel de Grote tegen de aanvallen der Longobarden op de Kerkelijke Staat. Dank zij de schenkingsoorkonde van Karel kreeg de Kerkehjke Staat een belangrijke uitbreiding van gebied.
II, paus (867-872).
III, paus (884-885).
IV, paus (1154-’59), eigl. naam Breakspear, de enige Engelse paus. Hij geraakte in conflict met keizer Fred. Barbarossa en stond op het punt de excommunicatie over hem uit te spreken, toen de dood hem verraste.
V, paus (1276).
VI, paus (1522—’23) de enige Ned. paus, geb. 1459 te Utrecht. Zijn eigennaam was Adriaan Florisz. Hij werd in 1497 deken van de pas voltooide St Pieterskerk te Leuven en tegelijk kanselier der universiteit. Tweemaal trad hij op als haar rector. Zijn ruim honorarium besteedde hij voor de oprichting van het nog bestaande College Adriaan VI: een instituut voor arme studenten. In 1507 werd hij door Maximiliaan tot leermeester van zijn vier kleinkinderen benoemd: de 6-jarige toekomstige koning en keizer Karel V en drie latere koninginnen: Eleonora van Portugal en daarna van Frankrijk, Isabella van Denemarken en Maria van Hongarije en Bohemen.
In 1515 ging hij naar Spanje. Hierop volgde zijn benoeming tot bisschop van Tortosa, daarna tot kardinaal en groot-inquisiteur. Stadhouder over Spanje. De kardinalen kozen hem in Januari 1522 tot paus. Als zodanig trachtte hij te hervormen doch vond slechts tegenwerking. Ontgoocheld stierf hij.