Staatsvorm: republiek
President: Dr Juho K. Paasikivi sinds 1946
Oppervlakte: 347.500 km2
Bevolking: 3.993.438
Vlag: wit met blauw kruis
Hoofdstad: Helsinki
Munteenheid markka (Finse mark).
(Fins: Suomi, land der meren), republiek in N.-Europa. 347.500 km2. Begrensd door Finse Golf, Botnische Golf, Zweden, Noorwegen, N. IJszee, Rusland.
Bodemgesteldheid: land van vlakten en heuvels (100200 m), in N. bergen (Haltiatunturi 1324 m). 35.000 meren w.o. Inari-, Saïmaa-, Paijanne- en Ladogameer (grootste van Europa). In Z.O. centraal merenstelsel. In verbindingsrivieren veel stroomversnellingen (Imatrastroom).
Klimaat: gemiddelde jaartemperatuur 1,5° C. Zeeklimaat, in Lapland vastelandsklimaat. In merengebied 160 dagen vorst, Lapland 210 dagen. 60 % bos, 30 % moeras en veen, 6 % akkers.
Geschiedenis: in 13e eeuw door Zweden veroverd.
1581 Groothertogdom komt onder Zweeds bestuur.
1721 Vrede van Nystadt. Afstand van ZuidKarelië, Ingermanland en Wiborg aan Rusland.
1809 Vrede van Frederikshamm: geheel F. en de Aalandseilanden aan Rusland, behoudt echter eigen grondwet en bestuur.
1899 Rusland heft de grondwettelijke rechten op en gaat over tot verscherpte russificatie.
1903 Russisch de officiële taal voor de bestuurslichamen, het Finse leger ontbonden.
1910 F. geheel onder Russisch bestuur.
1917 F. proclameert zijn onafhankelijkheid.
30 Nov. 1939-12 Mrt 1940: Rusland in oorlog met F. F. moet de Karelische landengte, Wiborg en maritieme bases op Hangö afstaan.
1941 F. neemt aan de zijde van Duitsland deel aan de oorlog tegen Rusland.
1944 Wapenstilstand met Rusland: afstand van W.-Karelië, Viipuri (Wiborg) en Petsamo.
April 1948: Verdrag van wederzijdse bijstand met Rusland.
Middelen van bestaan: 60 % der bevolking in landbouw, 22 % in industrie (hout, papier, cellulose, zuivel, textiel te Tammerfors). Export: hout en houtproducten, zuivel. Visserij.
Verkeer: vooral te water: meren en kanalen (5800 km); spoorwegen 5900 km. Handelsvloot: 3400 schepen (54..400 reg. t).
Godsdienst: overwegend Luthers (6 bisdommen).
Onderwijs op hoog peil, 3 universiteiten, 2 handelshogescholen. Algemene dienstplicht van 21-60 jaar. Algemeen kiesrecht vanaf 21 jaar. Eén Kamer van volksvertegenwoordiging van 200 leden. President gekozen voor 6 jaar door kiescollege.
Bevolking: 3,9 mill., 1 per km2. Voornaamste steden: Helsinki (Helsingfors), hoofdstad, 339.000 inw., Tammerfors, 87.000, Turku (Abo) 81.500 inw.
Taal en letterkunde: de Finse taal behoort tot de Fins-Oegrische taalgroep*. Fins gesproken door ± 3,3 mülioen mensen. Sinds 1863 zijn in F. de Zweedse (voorheen ,,deftige” taal) en de Finse taal in principe gelijkgesteld.
De Finse literatuur begint met de eerste gedrukte boeken in Reformatietijd, daarna trad Zweeds scherp naar voren ten koste van het Fins. Onder invloed van de Romantiek werd elders belangstelling voor Finse volkspoëzie, het eerst het nationale heldendicht Kalevala, levendig. Grote romancier was A. Kivi, in het realistische tijdperk (na 1880) Canth, Aho, Jarnevelt. Na een tijd van natio-
nalistische neoromantiek (dichters als Leino, vooral Linnankoski) volgde weer een realistische beweging (met Lehtonen, S. Salminen en vooral Sillanpaa, Nobelprijs 1939).
Muziek kent ± T5.000 volksliederen, voor ⅓ in het verzamelwerk Suomen Kansan Savelmia samengebracht; de kunstmuziek begint met Crusell (1775-1838), vervolgt met Pacius (1809-’91), schepper van het Finse volkslied, voorts met aanhangers der Duits-romantische school; de periode 1850-'80 wordt geleid door R. Faltin. In 1882 opening conservatorium en eerste symphonieorkest te Helsinki (Kajanus, 1858-1938), daarmee begint grote muzikale opleving. Naast en na Wegelius en Kajanus wordt de Finse muziek door geheel Europa gebracht door de componisten J. Sibelius, Jarnevelt; moderner: A. Merikanto, L.
Irkonen, É. Linnata, S. Ranta.