iemand door geweld (of bedreiging daarmee) dwingen tot afgifte van goed, aangaan van schuld of tenietdoen van inschuld (art. 317 Ned. Sw.).
Straf: gevang, tot 9 j., onder verzwarende omst. ook 12 of 15 j. Volgens Big. Sw. gestraft met opsl. 5-10 j. of onder verzwarende omst. dwangarbeid 15-20 j.