zij (voornaamwoord, frequent), ook na voorzetsel: Voor zij die er niet bij waren, hebben we een samenvatting gemaakt (voor degenen, voor hen).
— (aanvoegende wijs): Wat er ook van zij... (Hoe het ook zij...; vgl. Quoi qu’il en soit...)
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: