Gepubliceerd op 11-11-2021

rustigheid

betekenis & definitie

v. (1 afwezigheid van onregelmatige beweging, gelijkmatigheid; 2 innerlijke rust; kalmte, bedaardheid; 3 afwezigheid van lawaai, ophef, drukte):

1. de rustigheid van het licht;
2. rustigheid van geest; met grote rustigheid sprak ze;
3. met de rustigheid van echte wetenschap.

< >