m. -en (1 staart van een paard, sterk vertakt gedeelte v. h. ruggemerg beneden de tweede lendewervel; 2 onderscheidingsteken van grootwaardigheidsbekleders in Turkije: 3 moerasplant, behorende tot de sporeplanten; Lat. equisetum):
1 een gecoupeerde paardestaart;
2 een pasja van drie paardestaarten;
3 kleine paardestaart, grote paardestaart; in het mv. paardestaarten, naam van de familie waartoe de paardestaart behoort; z. akkerpaardestaart;
paardetoom
m. -tomen;
paardetuig
o. -en (al wat dient om een paard op te tuigen);