Gepubliceerd op 11-11-2021

menselijk

betekenis & definitie

bn., bw.; mens zijnde; van den mens, den mens eigen, den mens betreffende; fig. welwillend, humaan: het menselijk lichaam; geen menselijk wezen, een menselijke zwakheid, dwalen is menselijk; het menselijk opzicht, vrees voor het oordeel van een ander mens; fig. de overwonnenen menselijk behandelen; verg. onmenselijk.