Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Gepubliceerd op 16-01-2023

Albe

betekenis & definitie

(van: alba, wit), heet het lange, rondom gesloten en door den → cingel opgeschorte → liturgisch gewaad van wit linnen, dat tijdens de H. Mis en daarbij behoorende functies gedragen wordt door bisschop, priester, diaken en subdiaken. De A. heeft zich ontwikkeld uit de profane tuniek der Romeinen, en werd sinds de zesde eeuw speciaal voor de liturgie ingevoerd. De vorm van de A. is, evenals die van alle → liturgische gewaden, in den loop der eeuwen herhaaldelijk gewijzigd. Nu wordt zij recht toe gesneden en bij den hals aan voor- en achterzijde of bij het middel ingerimpeld. Pas sinds de twaalfde eeuw wordt de A. versierd, oorspronkelijk met bewerkte randen, dan met 4 à 5 vierkante appliqué’s of geheele strooken van bewerkte en kostbare stof, voor en achter aan den onderrand, bij de polsen en soms op de borst. Sedert de 16e eeuw werd de kantversiering algemeen. De tegenwoordige A-en grijpen weer op de oude appliqué-versiering terug. De A. moet gezegend zijn. Zie ook Liturgische Gewaden.

< >