Ned. wet van 7 Oct. 1911, Stbl. 315, houdende bepalingen in verband met de bijzondere gevaren voor veiligheid en gezondheid, verbonden aan steenhouwersarbeid. Door deze wet (aanleiding was o.a. de dissertatie van dr. Elias over de →„steenhouwerslong”) worden te jeugdige en te weinig krachtige personen uit het steenhouwersvak geweerd. Verder wordt er regelmatig een nauwkeurig medisch toezicht uitgeoefend op alle in het vak werkzamen.
De arbeid is voor personen beneden de 17 jaar sedert 1 Maart 1917 ten hoogste 7 uur per dag; voor de anderen zijn de arbeidstijden, na invoering van de Arbeidswet 1919, in 1921 in overeenstemming met de bepalingen van deze wet gebracht.Het Steenhouwersbesluit (alg. maatregel van bestuur, vastgesteld bij K.B. van 20 Jan. 1913, Stbl. 38) regelt de eischen, waaraan werkplaats en werkwijze moeten voldoen. Veraart.
Belg. recht. De exploitatie van de steengroeven in België is geregeld bij het Kon. Besl. van 16 Jan. 1899, gewijzigd bij Kon. Besl. van 14 Aug. 1933. Deze besluiten voorzien zekere maatregelen tot het verzekeren van de veiligheid van het werkvolk, en geven aan den burgemeester de macht bij dreigend gevaar de exploitatie te sluiten, indien de bedrijfnemer weigert gevolg te geven aan de instructies van den bevoegden technischen toeziener. Een ander Kon.
Besl. van 22 Sept. 1937 schrijft bepaalde maatregelen voor tot het bevorderen van de hygiëne in de steengroeven. Rondou.