Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 14-10-2019

Samenstelling

betekenis & definitie

1° S. of compositum, term uit de grammatica. Wanneer naar het model van een →samenkoppeling nieuwe woordverbindingen worden gemaakt, spreekt men niet meer, als bij de samenkoppeling, van juxta-positie, maar van compositie.

Het product van deze compositie noemt men compositum of samenstelling. Van de samenkoppeling onderscheidt de s. zich dus doordat het een nieuwvorming is naar bepaald type, het verschil met de →afleiding is, dat bij de s. de deelen als afzonderlijke woorden kunnen voorkomen, terwijl de afleiding plaats heeft door middel van prae- en suffixen.

Wanneer van een bepaald type van s. veel nieuwvormingen voorkomen, noemt men die productief. Vsch. combinaties zijn mogelijk: twee zelfstandige naamwoorden (die zelf weer s. kunnen zijn), bijv. bessenplukker; twee bijvoeglijke naamwoorden, bijv. doofstom; werkwoordstam + zelfst. naamwoord, bijv. slaapkamer, enz.

Wanneer de s. zoozeer aaneengegroeid is, dat men ze als enkelvoudig woord (simplex) gaat opvatten, spreekt men van verholen samenstelling, bijv. jonker, schout, niets, enz.v. Marrewijk.
2° (Scheik.) Wet der constante samenstelling. Deze luidt: een chemische verbinding, onverschillig hoe ook verkregen, bestaat steeds uit dezelfde relatieve hoeveelheden der elementen, waaruit zij is opgebouwd; d.i. zij is constant van samenstelling. Dit is de kenmerkende eigenschap, die een verbinding onderscheidt van een mengsel; de wet kan dus ook gebruikt worden als definitie van het begrip verbinding. J.L. →Proust stelde de wet in 1799 op; zij werd bestreden door Berthollet; de controverse duurde vele jaren. Ten slotte overwon het inzicht van Proust, niet zoozeer omdat hij de argumenten van zijn tegenstander weerlegde, als wel omdat de chemie in haar ontwikkeling de wet van Proust noodig had. Thans weten wij, dat men bij dissocieerende verbindingen (en dezulke werden vnl. door Berthollet geanalyseerd) een mengsel van de verbinding met een of meer harer componenten in handen heeft. Zulk een mengsel zal dus soms niet aan de wet voldoen. In een dgl. geval spreekt men tegenw. van bertholloïde verbindingen (bijv. ferro-oxyde). Zernike.