Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-07-2019

Garen

betekenis & definitie

Garen - is een draad, bestaande uit een bundel evenwijdig aan elkaar liggende textielvezels, die met het oog op grootere hechtheid spiraalsgewijze samengedraaid zijn. Doel: vervaardiging van weefsels, brei- en tricotagegoederen, gaas, tulle, enz.

Enkelvoudig g. is meestal een spinproduct. Door samendraaien van twee of meer g. ontstaat twern, die evenals de enkelvoudige g. voor het maken van de meest varieerende stoffen gebruikt kan worden. Twern vindt eveneens toepassing als naaigaren, koord, touw, enz. De voorn. grondstoffen voor het spinnen van g. zijn: katoen en wol, verder vlas, hennep, jute, cocos, vsch. soorten haar, als mohair, alpacca, kameelhaar, enz., tevens de afvallen van echte zijde. Niet gesponnen is echte zijde (grège), dat men verkrijgt door afhaspelen van de cocons der zijderups, en kunstzijde, die ontstaat door persen van vloeibare cellulose door microscopisch kleine openingen en den zoo gevormden draad te laten stollen. De diameter kan bij de vsch. soorten g. sterk uiteenloopen, in verband met de grondstof, het latere doel van het g., of het gewenschte garennummer (zie onder).

Over het algemeen tracht men het g. zoo glad en gelijkmatig mogelijk te spinnen, resp. twernen, wanneer niet aan een bepaald ongelijkmatig voorkomen de voorkeur gegeven wordt, bijv.: noppen. Nog meer mogelijkheden tot ongelijkmatige effectvorming biedt het twernen, waarbij knoopen, lussen, vlammen e.d. aangebracht kunnen worden. De draaiing van g. of twern kan rechts of links zijn, los of vast, afhankelijk van technische overwegingen. Effecten van andere soort kunnen in het g. ontstaan door verven, bedrukken, glanzend of dof maken, enz.

De g. worden gekenmerkt door benamingen, die bij standaardgarens van blijvenden aard zijn, echter bij g. voor mode-artikelen met de mode opkomen en weer verdwijnen. De voorn. katoenen g. zijn: water-(ketting-)garen en mule-(inslag-)garen, verder medio, vnl. voor twerndoeleinden. Bij wollen g. onderscheidt men twee hoofdgroepen, nl. → kamgaren en → strijkgaren.

Schroeder. Het zgn. garennummer geeft de verhouding aan tusschen de lengte en het gewicht van een garen (lengtebenummering), of omgekeerd de verhouding tusschen het gewicht en de lengte (gewichtsbenummering). Lengte en gewicht zijn in eenheden uitgedrukt, die verschillend zijn naar gelang de soort van benummering. Voor techn. berekeningen is het garennummer onmisbaar. Veelal staat het in zeker verband met de opmaking en verpakking van het garen (strengen).

Voorbeelden. 1° Lengtebenummering.

a) Metrisch stelsel: lengte-eenheid 1000 m, gewichtseenheid 1000 g. No. 1 = 1 x 1000 m garen wegen 1000 g.

No. 2 = 2 x 1000 m garen wegen 1000 g., enz.

b) Engelsch stelsel voor katoenen garens: lengte-eenheid 840 yards (768 m); gewichtseenheid 1 lb (453,6 g).

No. 1 = 1 x 840 yards garen wegen 1 lb.

No. 2 = 2 x 840 yards garen wegen 1 lb., enz.

2° Gewichtsbenummering. Turijner stelsel (legale titre): gewichtseenheid (denier) 0,05 g, lengte-eenheid 450 m.

No. 1 = 1 x 0,05 g op 450 m = 1 denier.

No. 2 = 2 x 0,05 g op 450 m = 2 denier, enz.

Opmaking en verpakking van katoenen garens: een streng (hank) heeft 7 bindsels (leas, curs). Haspelomtrek 1, 11/2 of 2 yards. 10 strengen vormen 1 groote streng en het aantal groote strengen in een pak komt overeen met het garennummer. 1 pak is 10 lbs.

Schroeder.