Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 23-04-2019

Cluny

betekenis & definitie

Cluny - Benedictijner abdij, in 909 door Willem van Aquitanië gesticht als een middelpunt van reactie tegen den bedorven geest in de kloosters. De tweede abt, S. Odo, aanpassend bij de hervorming van S. Benedictus van Aniane, gaf aan Cluny zijn eigen karakter: het geheele leven van den monnik aan liturgie en koordienst gewijd. De hervorming van Cluny breidde zich uit over Frankrijk en Italië, ook onder Odo’s opvolgers SS. Majolus en Odilo. Inmiddels was Cluny uitgegroeid tot een ware Congregatie. Alleen Cluny had de abbatiale waardigheid, de overige kloosters waren of werden afhankelijke prioraten, daarnaast ook enkele oudere geaffilieerde abdijen, ieder met haar invloedssfeer.

De laatste der groote abten was S. Hugo, onder wiens bestuur de Orde zich ook over Duitschland en Engeland verspreidde. Onder Petrus Venerabilis (1122-1158) bereikte Cluny haar hoogtepunt. Daarna zet een langzaam verval in, ondanks de generale kapittels, in 1231 door Gregorius IX opgelegd, en verhaast door de commende. Kardinaal Richelieu bewerkte een tijdelijke vereeniging met S. Maurus, daarna bleef de Orde verdeeld in een Strenge en Gewone Observantie, de laatste in 1788 door Pius VI opgeheven, de eerste de Fransche revolutie ten offer vallend. In de Nederlanden bezat Cluny geen eigenlijke prioraten, wel werden de Consuetudines Cluniacenses in verschillende kloosters gevolgd: bijv. te Lobbes en te Hohorst (later S. Paulus te Utrecht).

L i t.: Pignot, Histoire de Cluny (3 dln. 1868); Millénaire de Cluny, Acad. de Mâcon (1910); Archives de la France monastique (IV 1906, 1 vlg.). Lindeman.

Gelijk op het heele kerkelijk leven, had de hervorming van C. ook invloed op de kerkelijke kunst, vooral de bouwkunst. De abdijkerk zelf is echter zoo gehavend en zoozeer in den loop der tijden omgebouwd, dat een denkbeeld van de hervormingen eerder uit andere bouwwerken kan gewonnen worden, van wie bekend is, dat zij onder invloed van C. stonden. Van de oudste abdijkerk (Cluny I) is zeer weinig bekend, de bouwtrant van Cluny II is te reconstrueeren uit de kerken van Romainmoutiers, Bernay, Keulen en vooral Hirsau. Van Cluny III (1089-1131) staan nog de Zuidarm van het groote N. dwarsschip en een van zijn torens. Ook deze kerk bleek een voorbeeld voor verschillende andere in Bourgondië, Champagne, Engeland en Duitschland; haar hoofdkenmerken zijn: twee dwarsbeuken, torens op de viering, hoektorens op de vleugels der dwarsschepen. Zie afb.

Verder heeft het plaatsje C., dat zich in de 11e eeuw reeds om de abdij ontwikkelde, nog de kerk van S. Marcel in overgangsstijl van Romaansch naar Gotiek en de Notre-Dame in Bourgondische Gotiek.

Li t.: Virey, L’Abbaye de C. (1927); Conant, Mediaeval Academy Excavations at C. (in Speculum 1929 en 1930). Knipping.