Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 24-04-2019

Cauchie

betekenis & definitie

Cauchie - 1° Alfred, Belgisch priester en kerkhistoricus; * 1860 te Haulchin, ✝ door een aanrijding in de straten van Rome 1922. Professor in de kerkgeschiedenis te Leuven, bestuurder van het Belg.

Historisch Instituut te Rome (1920—’22) en stichter en redacteur van de Revue d’histoire Ecclésiastique (1900—’22). Op het gebied van de wetenschappelijke kerkgeschiedenis was C. in België een baanbreker; in zijn practicum (Seminaire historique) vormde hij tal van leerlingen, die zijn verdienstelijk werk voortzetten.

Lit.: Rev. d’Hist. Eccl. (XVIII 1922).

2° Maurice, Fransch literatuur- en muziekhistoricus, * 8 Oct. 1882 te Parijs. C. is een specialist op het gebied der 16e en 17e-eeuwsche Fransche muziek, die hij heeft doen uitvoeren en gedeeltelijk heeft uitgegeven, o.a. werken van Jannequin (1928).

< >