Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 24-04-2019

Catania

betekenis & definitie

Catania - 1° provincie aan de Oostkust van Sicilië (Zuid-Italië); opp. 3 572 km2, 766 390 inw., 215 per km2. 51 gemeenten. Dit gebied bij den vulkaan den Etna heeft een mild klimaat.

Wijn, ooft. Zout, zwavel.

2° Hoofdstad van de prov. Catania (37° 30' N., 15° 6' O.). 271 000 inw. Op lavastroomen gebouwd, met bouwsteen uit de lava, en herhaaldelijk vernietigd.

Aartsbisschopszetel. Handel in wijn, zuidvruchten en tomaten. Zijde- en katoenindustrie. Visscherij. Winterbadplaats, luchtkuuroord.

C. is in 729 vóór Chr. gesticht door Naxus (➝ Cátina). Er is een kasteel van Frederik II. De universiteit dateert van 1444.

Lit.: Holm, Geschichte Siziliens im Altertum (3 dln. 1870—1898).

Kunst. Enkele resten van Romeinsche architectuur. De dom (uit 1091) werd eerst door een aardbeving verwoest, dan herbouwd en totaal met den grond gelijk gemaakt door de aardbeving van 22 Jan. 1693. In de 18e eeuw werd hij in Barokstijl (3-schepig met koorkoepel) herbouwd. Hij bevat een schrijn van de H. Agatha, patrones der stad.

De kerk del Santo Carcero bevat beeldhouwwerk uit de 11e eeuw en een voorst. der H. Agatha van Bernardino Negro. Aan de vroegere Benedictijner abdij S. Nicola is een Barokkerk verbonden, die de grootste van Sicilië heet. Behalve enkele altaarstukken bevat zij een orgel van 2 916 pijpen en 5 manualen, gebouwd onder abt Donato de Piano. Het Castel Ursino dateert uit den tijd van keizer Frederik II (1232).

Lit.: Cappelletti, Le chiese d’Italia (XXI 1844).