Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 02-02-2019

Anscharius

betekenis & definitie

Anscharius - of A n s g a r (Anskarius), Heilige, Benedictijn, werd op 5jarigen leeftijd in 806 aan de Benedictijnen van Corbie toevertrouwd, waar hij in 814 het habijt aannam en in 822 mede werd aangewezen voor de stichting van Corvey in Westfalen. In 826 onderneemt hij een eersten missietocht in de Skandinavische landen; bij zijn terugkeer in 831 wordt hij tot bisschop van Hamburg benoemd, welke zetel later met Bremen werd vereenigd (864). Ondertusschen ondernam hij nog meerdere tochten naar het N., hetwelk hem als missiegebied was aangewezen, echter zonder belangrijk resultaat, daar hem het initiatief en organisatievermogen als van een Bonifatius ontbraken. ♱ 3 Febr. 865 te Bremen en aldaar begraven; feestdag 3 Febr.

Lit.: Acta S.S. (Febr. I 1658, 391—408, 959); U. Chevalier, Bio-Bibliographie (I 1905, 253—254); De Moreau, St. Anschaire (1930); Ph. Oppenheim, Der hl. A. und die Anfänge des Christentums in den nordischen Ländern (1931). Lindeman.

Voorstelling in de kunst als bisschop, staande, met Lorrijnsch kruis. Soms met model van Hamburgsche kerk (Bornemann).

< >