Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

SPANJE

betekenis & definitie

koninkrijk in Z.W.-Europa, telt 28,5 millioen inwoners, van wie 99 pct. Kath., 0,1 pct.

Prot. en 0,9 pct. andersdenkend. Al is het onzeker of Paulus in Spanje is geweest, er zijn in elk geval in de 2de eeuw al Christengemeenten ontstaan.

In de 3de en 4de eeuw was het Spaanse Katholicisme reeds een factor van betekenis, niet alleen in het land zelf, maar ook in geheel de Kerk. Toen koning Reccared in 587 het geloof aannam, werd Spanje pas geheel katholiek.

De strijd tegen de Arabieren (Moren), die begin 8ste eeuw bijna geheel het land veroverden, duurde ca. 7 eeuwen: pas in 1492 werd Granada heroverd. Zijn belangrijkste rol in de kerkgeschiedenis heeft Spanje gespeeld in de tijd van de Contrareformatie, toen het niet alleen een groot élan opbracht om Europa voor het Katholicisme te herwinnen (Ignatius van Loyola), maar ook naar de in deze tijd nieuw ontdekte delen van de wereld tal van missionarissen uitzond, dikwijls tegelijk met de ontdekkingsreizigers.

Sinds Philips II was het Katholicisme in Spanje uitsluitend overheersend, doch met het nadeel, dat Kerk en Staat te zeer met elkander verbonden waren. In de 19de eeuw kwam hierop, onder invloed van de liberale ideeën, de terugslag en de betrekkingen met Rome werden zelfs tijdelijk verbroken.

De beweging, die leidde tot het uitroepen van de Republiek in 1931, was tevens tegen de Kerk gericht en vooral tegen de geestelijkheid. Tijdens de burgeroorlog (1936) vielen er vele slachtoffers onder de priesters (7300), onder wie 9 bisschoppen.Sedert het einde van de burgeroorlog (1938) is er nieuw leven gekomen in de Kerk van Spanje. Bij velen is een grotere belangstelling voor de godsdienst waar te nemen. Speciaal de missiegedachte heeft tot nieuwe acties aanleiding gegeven: met een zeker verantwoordelijkheidsgevoel herinnert zich Spanje zijn groot verleden op dit gebied. Toch is er vooral onder de arbeiders en onder de jeugd nog veel onverschilligheid. Met uitzondering van het Baskenland, is in Spanje het aantal arbeiders dat niet of weinig praktizeert, zeer groot. Er zijn 28 000 priesters, die in de zielzorg werkzaam zijn, d.i. 1 priester op 1000 gelovigen.

Jaarlijks worden 1500 tot 1700 priesters gewijd. Daarnaast telt het land nog 3000 kloosterlingen. In 1953 werd een nieuw concordaat gesloten met de H. Stoel, waarbij de katholieke godsdienst wordt erkend als de godsdienst van de staat, het kerkelijk huwelijk ook voor de staat rechtsgeldig wordt verklaard en de volledige vrijheid van de Kerk bij de uitoefening van haar apostolaat wordt verzekerd. De H. Stoel erkent van zijn kant de oude voorrechten en privileges van de Spaanse regering, doch dan aangepast aan de omstandigheden van deze tijd.

Zo heeft bijv. de Spaanse regering ook thans nog een aanzienlijke invloed zij het een veel geringere dan vroeger op de bisschopsbenoemingen. Tevens werd bepaald, dat niemand om zijn godsdienstige overtuigingen of om de privé-uitoefening van zijn eredienst mag worden gehinderd. Dit heeft met name betrekking op de 25 000 Protestanten, die in Spanje wonen en die over ca. 250 centra voor hun kerkelijk-gemeentelijk leven beschikken. De kwestie der godsdienstvrijheid is overigens in het buitenland meer omstreden dan in het land zelf. p. M.