Jules Grandgagnage

Schrijver op Ensie

Gepubliceerd op 06-02-2018

Stream of consciousness

betekenis & definitie

Stream of consciousness, letterlijk: 'bewustzijnsstroom', is een schrijftechniek die probeert de veelsoortige gedachten en gevoelens van de personages in een verhaal weer te geven.

Deze verhaaltechniek wordt toegepast bij fictie met de bedoeling een veelvoud aan indrukken weer te geven die zich aan het bewustzijn van een individu spontaan opdringen. De term werd in een niet-literaire context geïntroduceerd door de Amerikaanse psycholoog William James in The Principles of Psychology' (1890) .

De stream of consciousness-roman maakt gebruik van de techniek van de 'monologue intérieur'. Vroege voorbeelden vinden we in het het 18e-eeuwse werk Tristram Shandy van Laurence Sterne. Aan het einde van de 19e eeuw werd het veelvuldig en voor het eerst als bewust procedé toegepast door Knut Hamsun. In de 20e eeuw werd het toegepast door diverse, met name Engelstalige, schrijvers, onder anderen door Dorothy Richardson, Virginia Woolf en James Joyce. Deze laatste auteur schreef met 'Ulysses' (1922) het beroemdste voorbeeld van schrijven met stream of consciousness. In het boek volgt hij de innerlijke toestand van de hoofdpersonages Leopold, Molly Bloom en Stephen Dedalus op de voet door de flux van gedachten en gevoelens weer te geven. Daardoor wordt de lezer de informatie fragmentarisch aangeboden, vaak geaccentueerd door het ontbreken van interpunctie.

Met stream of consciousness bootst de schrijver het menselijk denken na door weergave van een ononderbroken stroom van ideeën, gevoelens, observaties en herinneringen. Het volgt als het ware de grilligheid van de gedachten en gevoelens van de personages. De schrijver volgt geen lineaire, door actie gedreven plot, maar onthult het karakter en de motieven van zijn personages aan de lezer door weer te geven wat zich in hun hoofd afspeelt.