Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 24-02-2020

Zwitserland

betekenis & definitie

o. [oerkanton Schwyz] bondsstaat in Europa. Hoofdstad : Bern.

1. Aardrijkskundig. Oppervlakte : 41 298 km2. Het bestaat uit drie landschappen nl. het Alpenland vooral in het zuiden en het oosten, de Zwitserse Jura in het noordwesten, de hoogvlakte tussen beide.

De Alpen nemen bijna de helft van het land in, zijn grotendeels onvruchtbaar, maar trekken door hun natuurschoon Zwitserland (wapen van) veel toeristen. In de Jura heeft men in de dalen veel weiland en houdt de bevolking zich hoofdzakelijk bezig met huisindustrie, vooral horlogemaker«. De hoogvlakte vormt het vruchtbaarste deel van Zwitserland. Hier liggen de grotere steden met o. a. textielnijverheid. Bevolking : 4 300 000 inw., 94 per km2. Er worden in Zwitserland vier talen gesproken : Duits (3 097 000), in het oosten en het midden; Frans (885 000) in het westen, Italiaans (221 000) in Tessino, en Raetoromaans (47 000). Over het algemeen zijn de kantons der hoogvlakte en Frans Zwitserland protestants, de Alpenkantons katoliek.

2. Geschiedkundig. Uit de voorhistorische tijd zijn ons resten van paalwoningen bewaard gebleven. In de 1ste eeuw v.K. werden de Keltische Helvetiërs door CAESAR aan het Romeinse Rijk onderworpen. Tijdens de Volksverhuizing vestigden zich de Alamannen in het noordoosten en het midden, de Boergondiërs in het westen. Doordat 496 de Alamannen te Tolbiac door CLOVIS, 532 de Boergondiërs door diens zonen werden overwonnen, werd het land bij het Frankische Rijk ingelijfd. Bij het Verdrag van Verdun 843 kwam het oosten aan het Oosttrankische Rijk, het westen aan Lotharingen, later aan Boergondië, 1032 eveneens aan Duitsland. In de XIIIde eeuw stond Zwitserland onder landvoogden waaronder de Habsburgers, die de Drie Woudsteden Schwyz, Uri en Unterwalden trachtten te onderwerpen, ten gevolge waarvan deze 1291 op het Rutli het Zwitsers Eedgenootschap (legende van Willem Teil) sloten. HENDRIK VII vestigde 1309 door een vrijbrief hun onafhankelijkheid, die zij echter nog lang tegen de Habsburgers moesten verdedigen. Na de overwinning bij Morgarten (1315) op de Oostenrijkers, sloten zich ook Luzern (1334), Zurich (1351), Zug, Glarus en Bern (1359) bij de Woudsteden aan en vormden de Bond der acht oude landen. Door hun overwinning bij Sempach (1386) en Nafels (1388) bevestigden zij hun onafhankelijkheid van Oostenrijk. Zij versloegen KAREL DE STOUTE van Boergondië 1476 bij Grandson en Murten, 1477 bij Nancy. In 1481 werden Freiburg en Solotburn, 1501 Bazel en Schaffhausen, 1513 Appenzell in de Bond opgenomen, die toen uit 13 kantons bestond. Na een ongelukkige oorlog tegen de Zwitsers erkende MAXIMILIAAN I 1499, bij de Vrede van Bazel, hun onafhankelijkheid. Wegens hun schitterende dapperheid werden de Zwitsers in geheel Europa als bondgenoten en huurtroepen zeer gezocht. Ten tijde der Hervorming versloegen de katolieken de zwinglianen 1531 bij Kappel. Bij de Vrede van Munster 1648 werd het Zwitsers Eedgenootschap officieel van het Duitse Rijk gescheiden. De Franse revolutietroepen veranderden het eedgenootschap in de Helvetische Republiek die NAPOLEON 1803 in 19 kantons verdeelde. In 1815 werd een statenbond van 22 kantons gesticht. Ten gevolge van de onlusten in 1830 vervingen veel kantons de vroegere absolutistische regeringsvorm in een meer demokratische. In 1847 verwekte de strijd tussen katolieken en radikalen de Sonderbundsoorlog, waarbij de eersten door DUFOUR verslagen werden. De nieuwe staatsregeling van 1848 maakte Zwitserland tot een bondsstaat. In 1873-1883 vond de Duitse Kulturkampf navolging. In het laatste kwart der XIXde eeuw werd het spoorwegnet (Alpentunnels) aanzienlijk uitgebreid en het referendum (volksstemming overeen wetsvoorstel) veelvuldig toegepast, terwijl de centralizatie van het bestuur sterker werd en het staatssocialisme zich ontwikkelde. Sinds de tweede helft der XIXde eeuw is Zwitserland de zetel van veel internationale verenigingen (Wereldpostunie, eertijds Volkenbond te Genève). In de Eerste Wereldoorlog wist het zijn neutraliteit te handhaven. In 1934 werd een voorgestelde wet „op de openbare orde”, om zowel de excessen van uiterst links (kommunisten), als uiterst rechts (fascisten) te beteugelen, verworpen. Ook in de Tweede Wereldoorlog bleef het land neutraal en was de toevlucht tijdens en na die krijg voor vele personen uit de oorlogvoerende staten.

< >