('za:ləcheit) v. (...heden)
I. Eig. het zalig zijn. → ziel.
II. Metn.
1. wat zalig maakt : iemand zijn lezen, hem geducht de waarheid zeggen.
2. een der acht uitspraken van Jezus in de bergrede, beginnende met zalig. → Acht Zaligheden,
Gepubliceerd op 24-02-2020
betekenis & definitie
('za:ləcheit) v. (...heden)
I. Eig. het zalig zijn. → ziel.
II. Metn.
1. wat zalig maakt : iemand zijn lezen, hem geducht de waarheid zeggen.
2. een der acht uitspraken van Jezus in de bergrede, beginnende met zalig. → Acht Zaligheden,
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: