(vol'doen) (voldeed, heeft voldaan)
1. geheel betalen : een rekening –. Syn. →: afbetalen.
2. genoegdoening geven : zijn meester –; mevrouw is moeilijk te –; uw antwoord voldoet mij maar half. Syn. bevredigen.
3. beantwoorden : aan de verwachting –.
4. vervullen : aan een belofte –.
5. het vereiste resultaat behalen : bij een eksamen –.