('uit) (rookte uit, heeft uitgerookt)
1. ten einde roken : een pijp -.
2. ophouden te roken.
3. door beroken zuiveren.
4. door roken uitdrijven, verjagen : vossen -.
Gepubliceerd op 18-02-2020
betekenis & definitie
('uit) (rookte uit, heeft uitgerookt)
1. ten einde roken : een pijp -.
2. ophouden te roken.
3. door beroken zuiveren.
4. door roken uitdrijven, verjagen : vossen -.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: