Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 18-02-2020

uitkijken

betekenis & definitie

('uit) (keek uit, heeft uitgekeken)

1. in zekere richting kijken, zien : naar iets -. → oog.
2. in zekere richting gekeerd zijn : dit raam kijkt op de tuin uit.
3. ten einde kijken : je bent hier gauw uitgekeken; er is hier niet veel te zien.
4. gadeslaan : je wordt hier uitgekeken.
5. een keuze doen : je hebt (niet) goed uitgekeken.
6. Zeew. de wacht houden.

< >