Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 18-02-2020

uiteen

betekenis & definitie

(uit'e:n) bw. uit elkander, vaneen, gescheiden. Opm. Uiteen vormt met veel werkwoorden scheidbare samenstellingen : uiteenbarsten, barstte uiteen, is uiteengebarsten; -buigen, -doen, -drijven, -gaan, -gooien, -groeien, -houden, -jagen, -nemen, -rafelen, -rollen, -slaan, -smijten, -spatten, -springen, -stuiven, -trappen, -vallen, -vliegen. -vloeien, -werpen enz.

< >