Jozef Verschueren

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 18-02-2020

tering

betekenis & definitie

v. (-en) [< teren II]

1. vertering van spijzen.
2. uitgaven, verteer: de naar de nering zetten, de uitgaven regelen naar de inkomsten.
3. ziekte die het lichaam doet uitteren en kwijnen; van de longen; hij zal er de niet van zetten of niet van krijgen.