(ta'pijt) o. (-en; -je) [Ofr. < Lat. tapete]
I. Eig. geweven of geknoopt kleed
1. meest als vloerbedekking gebruikt: Perzische. Smyrnase, Turkse -en; een axminster-; -en worden ook gebezigd om wanden en meubelstukken te bekleden; bij feestelijke gelegenheden hangen -en uit vensters of over balkons.
2. dat de tafel in een vergaderzaal bedekt : op de tafel lag een groen -; op het brengen, komen, zijn, ter sprake brengen enz.
II. Metf. grasveld : het groene der weiden.