(ont’pluikən) (ontplook, ontploken: heeft ontploken) [ont+ Mned. beluken (→ beloken), sluiten] Dicht.
1. doen opengaan, ontplooien : een lelie die haar bloemkelk heeft ontploken.
2. ten toon spreiden, tonen : zijn barmhartigheid -.
Gepubliceerd op 13-02-2020
betekenis & definitie
(ont’pluikən) (ontplook, ontploken: heeft ontploken) [ont+ Mned. beluken (→ beloken), sluiten] Dicht.
1. doen opengaan, ontplooien : een lelie die haar bloemkelk heeft ontploken.
2. ten toon spreiden, tonen : zijn barmhartigheid -.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: