(ont'houdən) (onthield, heeft onthouden
I.
1. niet geven, inhouden : een dienstbode het loon -.
2. in het geheugen houden : kan je dat -? ik zal je het helpen -, ook Fig. het je inpeperen. → uur. Tgst. vergeten.
II. zich -,
1. er niet deel aan nemen : zich van stemming -; in twijfel onthoud u.
2. zich iets ontzeggen: zich-van sterke dranken, van huwelijksverkeer.
3. Veroud. verblijven: zich op zijn buitengoed -.