(‘oevdə) m. (-s ; -tje) [~ Gr. èpeiros, vasteland]
1 .Eig. zoom, strook lands die zich langs een water uitstrekt : een rivier blijft binnen de -s, treedt buiten haar -s bij overstroming, treedt binnen de -s terug; buiten de -s treden, paal en perk te buiten gaan, te ver gaan. Syn. zie boord.
2. Metj. kant, rand : de van het graf, van het verderf; de des doods, het einde van het leven.