(mijmerde, heeft gemijmerd) [~ Lat memor, gedachtig]
1. Veroud. suffen, soezen : ijlhoofdig -.
2. aanhoudend peinzen: hij lag de hele nacht erover te -, hoe hij dat het best aanleggen zou.
3. vaag, stil en weemoedig peinzen : hij zat besluiteloos te na die slag.