Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

lozen

betekenis & definitie

('lo:zən) (loosde, heeft geloosd) [loos 14]

1. uit het lichaam verwijderen : water boeren, winden -.
2. loslaten, slaken : een zucht -.
3. zich ontdoen van, kwijtraken : klachten -.
4. afvoeren : het overtollig water van een polder -; kunstmatig -, door bemaling; natuurlijk -, door afvloeiing.
5. afwateren : dit water loost op de Vecht.
6. verwijderen, wegsturen : hoe hem te -?
7. projektielen afschieten ; het grof geschut loost uit metalen kaken.
8. zich-, zich uitstorten : de vuiligheden die zich door hun monden -.

< >