Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

logika

betekenis & definitie

v. (-’s) [Lat. < Gr. logos, verstand]

I. Eig. denkleer, redeneerkunde: de is een onderdeel der wijsbegeerte.

II. Metn.

1. boek over de denkleer.
2. juiste wijze van redeneren, redenering: daar is niets, geen in wat u zegt.
3. het overtuigende: tegen de der feiten is niets in te brengen; de der gebeurtenissen.

< >