Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

lenen

betekenis & definitie

('le:nən) (leende, heeft geleend)

I. Dicht, leunen, lenen.

II. 1. tijdelijk, meestal kosteloos ten gebruike afstaan : boeken, geld, een paraplu aan iemand -. → gezicht.

2. ter beschikking stellen: zijn talent -; zich tot iets -, zich ervoor beschikbaar stellen, meestal in ongunstige zin. → hand, naam, oor.
3. geven, verschaffen : aandacht, hulp, vleugelen -.
4. tijdelijk ten gebruike krijgen : van iemand iets -.

< >