('lafheit) v. (...heden)
I. Eig.
1. het laf (1) zijn, flauwiteit.
2. het laf (4) zijn: iemand zijn verwijten.
II. Metn. laffe (4) daad.
Gepubliceerd op 30-06-2020
betekenis & definitie
('lafheit) v. (...heden)
I. Eig.
1. het laf (1) zijn, flauwiteit.
2. het laf (4) zijn: iemand zijn verwijten.
II. Metn. laffe (4) daad.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: