('kunst) o. (-en; -je)
1. Eert. toestel waarmede op het toneel natuurverschijnselen werden nagebootst: met kunst- en vliegwerk(en), ook Fig. met allerlei middelen.
2. voortbrengsel(en) der schone kunsten : genieting van -en als schilderijen.
3. kunstmatig aangelegd werk : een spoorweg, een tunnel zijn —en.