Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

koord

betekenis & definitie

v. en o. (-en; -je) [Fr. < Lat. chorda] fijn gedraaid, gevlochten snoer: zijden als belegsel; draaien, vlechten. Gez. aan één trekken, in dezelfde zin handelen; de -en der beurs in handen hebben, over het geld beschikken; iemand aan een -je leiden, hem doen verrichten wat men wil: met de -(e) straffen, ophangen; op de slappe -(e) dansen, gevaarlijk spel spelen. ➝ evolutie, kat.

Syn. ➝ kabel.

< >