Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

kapitaal

betekenis & definitie

A. o. (...talen; -tje) [Lat. cavitalis < cavut, hoofd]

I. Eig.
1. Algm.
a. aanzienlijke som aanzienlijk bedrag aan geld: met een van twintig miljoen is dat te doen; een bom hebben zitten in plantages.
b. Uitbr. geldelijk vermogen: in het bezit van een geweldig -; iemand met of van (een groot) -; van zijn leven; niet aan zijn komen; zijn aantasten, opmaken; hij heeft zijn geheel in die zaak gestoken; dood, renteloos -, dat geen interest, geen rente opbrengt.
2. Inz.
a. hoofdsom in tegenstelling met interest of rente: ik wou, dat ik als bezat, wat hij aan inkomen heeft.
b. geldsom op interest gegeven of genomen: plaatsing van tegen voordelige rente.
c. inschrijving op een der grootboeken van de Nationale Schuld,
d. voor een bedrijf, onderneming, zaak benodigde gelden: geen hebben om een uitgeverszaak te beginnen; het van een maatschappij, van een vennootschap; maatschappelijk -; volgestort, voltekend -; preferent-, in portefeuille, in effekten en aandelen belegd,
e. Staath. goederen die tot nieuwe voortbrenging dienen: fabrieksgebouwen, grondstoffen zijn -. Gez. dood -, niet winstgevend; levend -, winstopleverend: (om)lopend, vlottend -, bedrijfskapitaal; vast -, dat vast in handen van de eigenaar blijft (machinerieën enz.).

II. Metn. bezitters van kapitaal, vermogende klasse: gemis aan ondernemingsgeest bij het -; strijd tussen arbeid en -.

B. v. (...talen; -tje) Boekdr. grote letter zoals aan het begin van volzinnen voorkomt; K is een grote, k een kleine -.

Syn.➝ hoofdletter.

C. bn. (...tale) en bw.
1. dood -: de ...tale straf.
2. hoofd-: een ...tale letter; de ...tale som.
3. van eerste rang: een schip.
4. aanzienlijk, aanmerkelijk: een ...tale som, boerderij.
5. ernstig, grof: een ...tale dwaling; liegen.
6. uitstekend, voortreffelijk, excellent: een ...tale grap; een ...tale kerel; -, riep ze uit; zich houden; goed.