Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

kamperen

betekenis & definitie

(kam'pe:rən) (kampeerde, heeft gekampeerd)

1. zich in een kamp begeven : gaan –; op de heide gekampeerd.
2. in een kamp doen legeren : gekampeerd liggen, zijn.
3. op reis in het open veld (onder tenten enz.) zijn verblijf nemen : de padvinders gingen in de duinen –.

< >