Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

Helena

betekenis & definitie

I.

('he:lena)

1. Gr. Myt. Griekse vorstin, dochter van Leda, zuster der Dioskoeren, gemalin van Menelaos; werd door Paris geschaakt, wat aanleiding gaf tot de Trojaanse Oorlog. Tragedie van Euripides.
2. (H.) keizerin, gemalin van Constantius en moeder van Konstantijn, werd 312 kristen, bouwde kerken in Rome, Trier. Keulen, Xanten, Bethlehem, Jeruzalem waar zij, volgens de legende, het H. Kruis terugvond, ✝ omstr. 326 te Rome. Feest: 18 aug. Als vrouwennaam ook : Helen, Leen, Lena, Leny.

II. ('hεlinə) stad in de Verenigde Staten, 17.000 inw.

< >