Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

Franklin

betekenis & definitie

1. (Benjamin) Noordamerikaans staatsman en natuurkundige, ° 1706 te Boston, streed voor de zelfstandigheid der Engelse kolonies in Noord-Amerika, nam 1776 deel aan de onafhankelijkheidsverklaring der Verenigde Staten, bracht, als gezant te Parijs, een verbond met Frankrijk tot stand, † 1790 te Philadelphia; uitvinder van de bliksemafleider, schreef Spreekwoorden van de oude Hendrik. ➝ eripuit...

2. (sir John) Engels zeevaarder, ° 1786, ondernam verschillende noordpoolreizen, † 1847 op zijn door ijs ingesloten schip.

< >