Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

franje

betekenis & definitie

v. (-s; -tje)

[Fr. frange < Lat. fimbria, zoom]

1. Eig. zoomgarnering bestaande uit een reeks van afhangende draden, koorden, kwasten enz.: rood fluweel met gouden -s afgehoord.
2. Metf. overtollige opsiering van een betoog of verhaal: ik heb nooit veel opgehad met al die -s; allemaal -s! allemaal beuzelpraat.

< >