Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

erwt

betekenis & definitie

v. (-en; -je) Lat. ervum]

I. Eig.
1. eetbare peulvrucht van een vlinderbloemige klimplant, met geveerde bladeren en witte, blauwe of rode bloemen: -en plukken, pellen.
2. Bepk. zaad uit die peulvrucht: groene, grauwe -en; -en eten, leggen.

II. Metn. plant waaraan de erwt groeit (Pisum sativum): de -en schieten goed. III. Metf. erwtvormig iets: suikeren -jes, een wit japonnetje met blauwe -jes.

< >