Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 24-06-2020

benediktijn

betekenis & definitie

(benedik'tijn) m. (-en) lid van de oudste monnikenorde in het westen, 528 door de H. Benedictus gesticht. Enc.

De cenediktijnen verbreidden het kristendom en de beschaving in West-Europa door het bebouwen vani(blioteken. Thans wijden zij zich vooral aan het liturgisch koorgebed, maar ook aan de wetenschap, het onderwijs en de missiën. Aantal leden ± 10 000. In Vlaanderen hebben zij 5 abdijen : Affligem, Dendermonde, Leuven, Loppem, Steenbrugge; in Nederland 2 : Oosterhout en Vaals, en eveneens 2 in Wallonië. Zij hebben missiën o. a. in Belgisch-Kongo.

< >