bij zommigen Willis, ook wel Wilnes genaamd, is eene Hooge Heerlijkheid, met Witveen vereenigd, gelegen in het Nederkwartier des Stichts van Utrecht, paalende, bij het Dorp Achtienhoven, ten Westen aan den Hollandschen bodem, en te zaamen bevattende, althans volgens de opgave, die wij daar van ontmoeten, zestienhonderd vijfënzeventig Morgens en hondernzeventien Roeden. Westveen, als slegts ruim anderhalf honderd Morgen beslaande, maakt verre het kleinste gedeelte uit. De gemeemschaplijke regtbank bestaat uit Schout en vijf Scheperen.
Het dorp Wilnis, een half uur gaans ten Oosten van Mijdrecht, ligt niet onvermaaklijk aan een schoonen en breeden Dijk, in ’t midden met boomen beplant; ter wederzijden van welken de Huizen, veelal fraai getimmerd, een niet ongevallig aanzien hebben. De Kerk der Hervormden, die ruim en groot is, en met een zwaaren hoog gespitsten Toren pronk; wordt bediend door eenen Leeraar, welke tevens den dienst te Vinkeveen waarneemt, en Lid der Klassis van Utrecht is. Ook hebben ’er de Roomschgezinden eene Kerk, doch geenen eigen Pastoor; die van ’t nabuurig Mijdrecht koomt hier het gewijde dienstwerk verrigten.