In het Sticht van Utrecht, even als in Holland, hadt men, bij ouds, een aanzienlijken Amptenaar, welke den titel van Advokaat voerde, zedert in dien van Raadpensionaris veranderd. Niet meer dan vier persoonen, egter, hebben deezen post bekleed, welke, vervolgens, in dien van den Sekretaris van Staat versmolten is.
Mr. FLORIS THIN was de eerste op die lijst. Hij was een man van veel gezags, en in welken ‘s Lands Staaten groot vertrouwen stelden. Toen de Hertog VAN ALVA, in den Jaare 1570, tegen de Stichtenaars het wreede vonnis hadt geveld, om hunne toegeevendheid jegens de Onroomschen, waarbij, onder andere, de Steden des Landschaps van het Voorregt, om ter Staatsvergaderinge te verschijnen, beroofd wierden, zondt men Mr. THIN, herhaalde reizen, na Brabant, om, door aanbiedingen van geld, den Landvoogd te vermurven; doch alles zonder vrugt. Gelukkiger slaagde hij, in den Jaare 1579, in de bewerking der Utrechtsche Unie of Vereeniginge. Nevens Mr. FLORIS VAN HEERMALE, was Mr. THIN het voornaamste werktuig, waar van Prins WILLEM DE I, ten dien einde, in het Landschap van Utrecht zich bediende. In den Jaare 1585 gevoelde Mr. THIN, nevens anderen, de felle dagen van LEICESTERS heerschzucht. Op aanhouden van zekeren Engelschen Heere NORTH, geboodt hem de Vroedschap, te gader met eenige andere ingezeetenen, de Stad Utrecht te verlaaten.
Hij begaf zich na Montfoort, en gaf, van daar, den Staaten van Holland kennis van zijn wedervaaren. Deeze hem, nevens de overige uitgezetten, houdende voor eerlijke lieden, nodigden hen na hun Gewest, om ’er zich in regten te kunnen verantwoorden. Onder vrijgeleide van LEICESTER te Utrecht zijnde te rug gekeerd, ontving de Advokaat, nevens eenige anderen, eerlang briefjens, waar bij hem, van nieuws, gelast wierdt, zich binnen vijf dagen te begeeven na eene onpartijdige plaats; met bedreiging, dat, in gevalle van nalaatigheid, zijne goederen, tot ‘s Lands gebruik, aangeslagen, en zijn huis zou geplonderd worden. Andermaal begaf zich Mr. THIN na Holland, alwaar hem de Staaten in hunne hoede namen. Zijn Ampt wierdt hem, zedert, ontnomen, met behoud, nogthans, naar het schijnt, der daar op gestelde Jaarwedde.
Bij de verandering, in den Jaare 1588 voorgevallen, kwam Mr. THIN in de Stad te rug, en wierdt in zijnen post hersteld. Gelijk ‘s Lands Advokaat, JOHAN VAN OLDENBARNEVELD, in Holland geweest was een der voornaamste bewerkers van de opdragt der Stadhouderlijke waardigheid aan Prinse MAURITS, dus vindt men ook, in Utrecht, Mr. FLORIS THIN genoemd ouder de zulken, welke, in het genoemde Gewest, ‘s Prinsen bevordering bewerkt hadden. Dit viel voor in den Jaare 1590; en dit was tevens het laatste merkwaardige bedrijf van ‘s Mans leeven, naardien hij in dat zelfde jaar overleedt.
